Posts tonen met het label zelfgenoegzaam. Alle posts tonen
Posts tonen met het label zelfgenoegzaam. Alle posts tonen

04 augustus 2019

Hebben of zijn

Overweging op de 18e zondag door het jaar (jaar C)

Lezingen: Prediker 1,2; 2,21-23; Lucas 12,13-21

"Ma-am, ik mag van hem niet meespelen." "Ma-am, zij zit mij steeds te pesten." "Pa-ap, Kees maakt alweer mijn Legohuis kapot." Hoe vaak gebeurt het niet, dat je als ouders scheidsrechter moet spelen over het speelgoed en de spelletjes van je kinderen. Kinderen moeten nog leren, is dat je het leven moet delen met elkaar. Je bent van elkaar afhankelijk, niets is uitsluitend voor jou alleen. Evenmin zijn er dingen die exclusief voor een ander zijn. Kinderen moeten de gelegenheid krijgen om dat te leren. Alleen dan kunnen ze uitgroeien tot gezonde en evenwichtige volwassenen. Maar wie als volwassene nog steeds niet heeft geleerd om te delen, die is in wezen een armzalige drommel. Die heeft het verschil niet geleerd tussen hebben en zijn.

Dwaas

Toch zijn er mensen, die niet beseffen dat de wereld groter is dan hun eigen ik. Soms zie je daarvan in je eigen omgeving treffende voorbeelden. Ook in het evangelie komen we vandaag zo iemand tegen. Een man vraagt aan Jezus om rechter te zijn tussen zijn broer en hemzelf. Hij gaat ervan uit dat Jezus rechtvaardig zal zijn. Het gaat over de erfenis van zijn  ouders. De man hoopt op een oordeel, dat  voor hem gunstig zal zijn. Jezus weigert echter om voor rechter te spelen. Maar het voorval is wel aanleiding voor een waarschuwing. Op weg naar het koninkrijk van God zit je op een dwaalspoor, als je in beslag wordt genomen door je bezit. Jezus doet dat op zijn eigen, kenmerkende manier: met een verhaal.

31 juli 2016

Duurzaam genieten

Overweging bij de 18e zondag door het jaar (jaar C)

Lezingen: Pr 1,2;2,21-23; Lc 12,13-21

Als je mij wat beter leert kennen, dan ga je merken dat ik graag dingen verzamel en ordelijk opberg. Boeken, DVD's, foto's, documenten op mijn computer. Van boeken bijvoorbeeld houd ik een lijst bij, zodat ik weet welke en hoeveel ik er heb. Maar er komt een tijd, dat ik een groot deel van de collectie moet gaan opruimen. Gewoon, omdat ik dan de ruimte niet meer zal hebben, of omdat ik degenen die mij naar het crematorium zullen brengen niet wil belasten met het ruimen.

Ik kan dus erg genieten van de aanblik van mijn boekenkast. Maar ik realiseer mij de betrekkelijkheid van de verzameling. Want het leven van een mens is meer dan wat hij bezit.

De man die Jezus vraagt om rechter te zijn tussen hem en zijn broer, lijkt dat niet te beseffen. Hij wil niet eens de hele erfenis in bezit krijgen, maar wel zijn eigen deel veilig stellen. Kennelijk is hij in de veronderstelling, dat Jezus degene is, die daar een rechtvaardig oordeel over kan uitspreken. Maar op de manier die voor Jezus kenmerkend is – met een verhaal dus – maakt hij duidelijk, dat het om andere dingen gaat.