25 februari 2018

Loslaten om te behouden

Overweging op de tweede zondag van de Veertigdagentijd (jaar B)

Lezingen: Genesis 22,1-2.9a.10-13.15-18; Marcus 9,2-10

Bij mensen die aan ernstige vormen van diabetes lijden gebeurt het wel, dat een deel van de voet of het been moet worden geamputeerd. Dat is een vergaande ingreep, die behoorlijk wat consequenties heeft voor de manier waarop de persoon in kwestie zijn leven verder kan inrichten. Als een dergelijke operatie niet zou worden uitgevoerd, dan loopt het leven dan de diabeticus een groot gevaar. Wat hier gebeurt is, dat afstand wordt gedaan van een lichaamsdeel om het leven van de patiënt te behouden. Je moet dus iets loslaten om iets anders – iets dat heel wezenlijk is – vast te houden.

Afbeelding: Pixabay.com
Het ene loslaten om het andere te behouden: daarover gaat ook in de lezingen van deze zondag. Abraham heeft zoiets als een innerlijke stem gehoord, die hem opdraagt om zijn zoon als offer aan God op te dragen. Wij kunnen ons daar nauwelijks een voorstelling van maken, maar in de omringende cultuur waar Abraham deel van uitmaakte, waren kinderoffers heel gebruikelijk. Zou God, dezelfde God die hem een welvarende toekomst en een rijk nageslacht heeft beloofd, zou die God nu zijn enige zoon, dus zijn enigst mogelijke hoop op een toekomst, zou die God dit kind van hem opeisen? Wanhopig moet Abraham met deze vragen hebben geworsteld. Maar in deze worsteling, en met deze onmogelijke vragen, gaat hij op weg. Je zou zeggen, dat Abraham bereid is om zijn eigen plannen voor de toekomst los te laten in het bijna onmogelijke vertrouwen dat God een toekomst voor hem zal open houden. Hij laat zijn eigen toekomst los om de toekomst van God te behouden.

18 februari 2018

3 x S

Overweging op Aswoensdag

Lezingen: Joël 2,12-18; Matteüs 6,1-6.16-18

Als je de nieuwste telefoon niet hebt, dan loop je in de ogen van sommige mensen hopeloos achter. Als je niet voldoende opkomt voor jezelf, dan ben je  een een watje, menen bepaalde mensen. Als je niet voldoende in de aandacht staat, dan kom je helemaal nergens, denken een aantal mensen. We leven in een wereld, waarin de individuele mens in een razend tempo is opgeschoven naar het centrum van de belangstelling. Het individualisme, de aandacht voor mijn persoonlijke ontwikkeling, het idee dat je bent wat je hebt, – dat alles maakt dat we vaak weinig oog hebben voor waar het in het leven nu werkelijk op aankomt.

Juist de tijd van veertig dagen, die vooraf gaan aan het Paasfeest, geven ons de gelegenheid om over deze dingen eens goed na te denken. Waar komt het nu echt op aan in ons leven? Waar draait het werkelijk om? Waar zijn we mee bezig, en hoe zou het beter kunnen? Wat maakt ons nu echt tot gelukkige mensen?


Twee manieren

In het evangelie stelt Jezus twee manieren van leven tegenover elkaar. Er is de manier van leven die gericht is op het uiterlijk, en de manier van leven die gericht is op het innerlijk. De eerste manier vind je terug bij mensen die gerechtigheid beoefenen, bidden en vasten met het doel dat het door anderen zal worden gezien. De tweede manier zie je juist bij mensen, die aalmoezen geven, bidden en vasten met het doel dat het door God wordt gezien. En je kunt je afvragen: waar worden mensen nu werkelijk gelukkiger van? En ook: waar worden mensen in essentie nu beter van?

11 februari 2018

Het traagste tempo

Interview met Naomi Priem
in de serie Graven naar geloof


'Een welp speelt samen met anderen in de rimboe, hij is eerlijk, vriendelijk, houdt vol en zorgt goed voor de natuur.' Het is deze welpenwet, die aan het begin en aan het einde van iedere bijeenkomst op zaterdagmiddag wordt opgezegd. Dat gebeurt bij toerbeurt, nadat de vlag bij aanvang is gehesen of nadat hij aan het slot wordt gestreken. Naomi Priem, welpenleiding bij de Schout bij Nacht Doormangroep in Heinkenszand, verduidelijkt: 'Deze wet is de basis van hoe we de welpen leren omgaan met elkaar. De bijeenkomsten moeten in de eerste plaats gewoon leuk zijn voor de kinderen. Maar in allerlei spelvormen willen we stimuleren dat ze tot het inzicht komen: als je samenwerkt, dan kom je verder. Bijvoorbeeld als je voor een sloot staat en je hebt een paar losse pionierpalen. In je eentje zul je niet zo gemakkelijk een brug bouwen van zulke palen, maar samen lukt het wel.'

Creativiteit

De scoutinggroep in Heinkenszand telt ongeveer 150 leden en rond de 50 kaderleden. Naar leeftijd zijn de leden ingedeeld in bevers (5-7 jaar), welpen en kabouters (jongens en meisjes van 7-11 jaar), verkenners en en padvindsters (11-14 jaar), young explorers (14-16 jaar), explorers (16-19 jaar) en de leden van de stam (ouder dan 19). Naomi heeft verschillende modules gevolgd bij de scouting academy, waardoor ze nu de bevoegdheid als leidinggevende bij de welpen heeft. 'Het is goed om mijn eigen vaardigheden te ontwikkelen als het gaat over spelvormen, veiligheid, de kampbevoegdheid en het omgaan met verschillende soorten gedrag. Want ook bij de scoutinggroep heb je soms te maken met kinderen die ADHD of bepaalde vormen van autisme hebben. Binnen de groep leren we elkaar met respect te benaderen, ook als iemand zich anders gedraagt of een andere opvatting heeft.'

04 februari 2018

Helende kracht

Overweging bij de 5e zondag door het jaar (jaar B)

Lezingen: Job 7,1-4.6-7; Marcus 1,29-39

Er zijn vele manieren, waarop wij in ons leven geconfronteerd worden met het lijden. Iedereen heeft wel eens te lijden onder ziekte: voor enkele dagen, of soms ook voor langere tijd. Je kan te lijden hebben onder lichamelijke ziekte, maar ook onder psychische druk. Soms heb je te lijden onder zware teleurstelling, of ook onder een achterdochtige houding van anderen. Maar het kan ook zijn dat je moet werken onder zware druk. Of je gaat juist gebukt onder het feit dat je geen werk hebt. Soms zijn er ook perioden in je leven, dat je het gevoel hebt opgejaagd te zijn.

William Blake (1757-1827) De kwelgeesten van Job
Zo zijn er vele manieren, waarop wij met het lijden in aanraking komen. Er zijn ook vele manieren om met het lijden om te gaan. In de evangelielezing van deze dag kunnen we al twee verschillende manieren ontdekken. De eerste manier is die van de schoonmoeder van Petrus. Nadat Jezus haar heeft genezen van een zware koortsaanval, staat zij op en bediende hen. Petrus' schoonmoeder reageert op de genezing door dienstbaar te zijn. Je kunt dit opvatten als het verlangen om Jezus na te volgen. Door haar ziekte en de daarop volgende genezing is de vrouw tot een zeker inzicht gekomen: het inzicht dat het contact met Jezus haar dichter bij haarzelf heeft gebracht.