Overweging op de 28e zondag door het jaar (jaar C)
Ieder mens wordt in zijn leven wel geconfronteerd met ziekte. Dat kan variëren van een gewone verkoudheid, waardoor je overigens best beroerd kunt zijn, tot bijvoorbeeld een versleten heup of zware hartklachten. Ziekte heeft niet altijd te maken met lichamelijke oorzaken. Ook geestelijk kan een mens zodanig in de kreukels terecht komen, dat hij niet meer goed kan functioneren.
Bedreigend
Ziekte, of het nu van lichamelijke of psychische aard is, heeft iets bedreigends. Je wordt geconfronteerd met de beperkingen van lichaam of geest. Het belemmert je in je functioneren als mens. En het gevolg is vaak ook, dat je gehandicapt bent in je omgang met de mensen in je omgeving.Daarom is het niet verwonderlijk, dat mensen zo'n grote waarde hechten aan een goede gezondheid. Als je na een flinke griep weer helemaal bent opgeknapt, dan ben je blij en voel je je weer een hele Piet. En wie na een zware operatie weer helemaal beter is, kent dat gevoel van blijdschap in nog sterkere mate.