Overweging bij de vierde zondag in de Veertigdagentijd (jaar A)
Schriftlezingen: 1 Samuël 16,1b.6-7.10-13a; Johannes 9,1.6-9.13-17.34-38
Het werk van de grafische kunstenaar Maurits Escher is wereldwijd bekend. Hij heeft tekeningen gemaakt van situaties die feitelijk onmogelijk zijn. Zoals die van de twee handen, die elkaar aan het tekenen zijn. Of die waarin rijen mensen in een oneindige lus trappen op- en aflopen, in een constructie die onmogelijk gebouwd kan worden. Je moet er met een bepaalde blik naar kijken, wil je ontdekken wat Escher ons wil laten zien. Er zijn wellicht mensen, die zulke tekeningen maar tijdverspilling vinden, grote onzin, want het kan gewoon niet. Je gaat het pas waarderen, als je het ook wil zien.