Overweging op de 3e zondag van de Veertigdagentijd (jaar C)
Lezingen: Exodus 3,1-8a.13-15; Lucas 13,1-9
Als je iemand al langere tijd kent, dan weet je ongeveer hoe hij of zij zal reageren in bepaalde situaties. Maar het kan gebeuren, dat die goede bekende op zeker moment een totaal onverwachte reactie geeft. Bijvoorbeeld als hij, die gewoonlijk erg rustig en bedachtzaam spreekt, zich oprecht boos maakt over iets dat hem onrechtvaardig toeschijnt. Dan denk je: zo heb ik je nog niet leren kennen. En je gaat hem zien met andere, met nieuwe ogen.
Zien met nieuwe ogen, dat is wat er gebeurt in het verhaal uit het evangelie. Er komen mensen naar Jezus toe omdat ze hem een wijs oordeel toedichten. Ze leggen hem een situatie voor, die zij tenhemelschreiend vinden. Pilatus had Galileeërs laten doden tijdens het offer. Galilea was de streek van de meeste verzetsstrijders. Waarschijnlijk hebben een paar politieke heethoofden opstootjes uitgelokt bij het slachten van de paaslammeren. Er waren tijdens het paasfeest veel pelgrims in Jeruzalem. Pilatus wilde geen enkel risico lopen. De Romeinse soldaten hebben ingegrepen en de vrijheidsstrijders omgebracht.
Waarom?
Dat is zo ongeveer als wanneer enkele pelgrims op weg naar Santiago de Compostella tijdens hun spirituele tocht door een auto worden gegrepen en komen te overlijden. De spontane vraag is dan vaak: Waarom? Hoe kan God dit toelaten? En er zijn altijd wel mensen die een antwoord klaar hebben. Zeker in Jezus' tijd was de algemene gedachte, dat dergelijke slachtoffers op de een of andere manier schuldig geweest zijn. Anders had God dit niet laten gebeuren. Jezus verwierp een dergelijke conclusie met grote stelligheid.Jezus weigert om mee te gaan in deze zienswijze. Er is geen oorzakelijk verband tussen schuld en ongeluk. Deze manier van oordelen over anderen is in Jezus' ogen veel te gemakkelijk. Oordelen over anderen maakt je gemakkelijk blind voor je eigen fouten en onvolkomenheden. 'Als je je niet bekeert,' zegt Jezus, 'als je niet je eigen fouten onder ogen wilt zien, dan zul je hetzelfde lot ondergaan.'
Voorstel
En daarom stelt Jezus een andere, een nieuwe manier van kijken voor. Hij doet dat op zijn eigen, karakteristieke wijze: met een verhaal. De les die geleerd kan worden van de dorre vijgenboom is, dat je hem een nieuwe kans moet geven, en niet veroordelen tot omgehakt worden. Zo ziet Jezus kans om ook mensen weer op de been te krijgen: niet vonnissen, maar liefdevol vooruit helpen. Maar de vijgenboom kan alleen opnieuw gaan gedijen, als de wijngaardenier geduld oefent, als hij mededogen heeft met de boom, als hij niet alleen zijn kundigheid, maar ook zijn passie en liefde voor deze boom inzet om hem opnieuw tot bloei te brengen.Mededogen en liefde: dat zijn twee eigenschappen die we in de eerste lezing herkennen in het handelen van de Eeuwige. De belangrijkste reden waarom de Eeuwige zich tot Mozes wendt is: 'Ik heb de ellende van mijn volk in Egypte gezien.' De Eeuwige is geraakt door de onderdrukking die de Israëlieten te verduren hebben als slaven in Egypte. Hij ziet dat de verhouding tussen heersers en onderdrukten mensen kapot maakt. En daartegen komt de Eeuwige in verzet. Dit kan niet, dit mag niet. En dan is Mozes degene, die de taak krijgt om de Israëlieten te leiden naar een land van melk en honing.
Naam
Maar ja, Mozes is ook maar een mens. Hoe moet hij in hemelsnaam zo'n klus klaren? En wie is dan degene die hem stuurt naar de Israëlieten? Waarom zouden ze Mozes volgen op zijn woord? Kortom, wat of wie is de legitimatie voor zijn opdracht? En dan noemt de Eeuwige zijn Naam: als een bemoediging en een richtingwijzer voor de onderdrukte en lijdende Israëlieten. Hij laat zich kennen als 'Ik ben die is.' Onder die naam wil hij degene zijn op wie je kunt vertrouwen, altijd, onder alle omstandigheden, ook als het tegenzit, misschien wel juist als het tegenzit. 'Ik ben die is' is de naam die je mee mag dragen in al je ups en downs, als een dragende kracht onder je bestaan. Daarom kun je hem benoemen als de Eeuwige (met een hoofdletter).Uit deze bemoedigende en troostrijke gedachte – dat hij is, altijd – spreekt een grote liefde en barmhartigheid waarmee de Eeuwige naar ons omziet. Hij ziet ons. Hij kijkt naar ons met andere, nieuwe ogen. Hij wil ons niet vonnissen, maar liefdevol vooruit helpen. Zoals de verdorde vijgenboom een nieuwe kans krijgt, zo krijgen ook wij een nieuwe kans, krijgen wij een nieuw perspectief voor onze levensweg, kunnen wij leren zien met nieuwe ogen.
Kijken met nieuwe ogen
Daarmee krijgen wij wel de vraag voorgelegd – in het bijzonder in deze periode van veertig dagen van bezinning als aanloop naar het Paasfeest – de vraag, of wij kunnen leren kijken met nieuwe ogen. Zijn wij bereid om anderen niet te vonnissen, maar liefdevol vooruit te helpen? Geven wij mensen met een homoseksuele geaardheid de kans om een plek te vinden in ons midden? Geven wij mensen die (net als de Israëlieten) op de vlucht zijn voor onderdrukking en onrecht, de mogelijkheid om een veilig bestaan op te bouwen voor zichzelf en voor hun kinderen? Bieden wij een luisterend oor aan die 'zeurende' buurvrouw, die verder niemand heeft aan wie zij haar verhaal kwijt kan? Staan wij open voor signalen van hoop, die ons worden aangereikt door de jonge generatie, ook al komen zij niet naar onze kerkdiensten? Zijn wij bereid om – vanuit de kracht van onze gebeden – erop uit te trekken naar wie in onze samenleving moet sappelen om rond te komen?Kijken met andere, met nieuwe ogen: het vraagt om inzet en gebed. Elke dag opnieuw, in telkens andere omstandigheden. Maar we mogen ons daarbij gedragen en geïnspireerd weten door de liefde en het mededogen van de Eeuwige, van Hij die is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten