01 november 2020

Een weg die ruimte maakt

 Overweging op het hoogfeest van Allerheiligen (A)

Lezingen: Apocalyps 7,2-4.9-14; Matteüs 5,1-12a

In de tijd waarin wij leven gaan veel mensen gebukt onder de stress van torenhoge verwachtingen die ons worden opgelegd. Dat kunnen verwachtingen zijn die je werkgever van je heeft, verwachtingen van het economische succes dat we 'moeten' behalen, van de sociale contacten die we 'moeten' onderhouden. Het kunnen ook verwachtingen zijn, die we onszelf opleggen: dat we moeten voldoen aan wat anderen van ons vinden, dat ik moet voldoen aan de eis beschikbaar te zijn voor familie of vrienden (meer dan ik kan waarmaken). En in deze tijd van de beperkingen die de coronamaatregelen ons opleggen hebben we ook nog eens het gevoel, dat we onze verbondenheid met anderen te weinig kunnen waarmaken. En daarbij hebben we de indruk, dat we als kerkmensen slechts getolereerd worden in de marge van de huidige samenleving.

Allemaal gevoelens van stress en niet ingeloste verwachtingen, die ons een sterke benauwdheid kunnen bezorgen. In dat opzicht verschillen wij niet zoveel van de eerste christenen, al hebben wij in ons land niet te maken met razzia's, martelingen en onterechte gevangenschap. Voor die eerste christenen probeert de briefschrijver in de eerste lezing een bemoedigend woord aan te reiken. Hij schetst een perspectief waarin de huidige verdrukking niet blijvend zal zijn. 'Wie geleefd hebben in de grote verdrukking zullen tenslotte gekleed gaan in witte gewaden.' Anders gezegd: wie de benauwenis kan uithouden en trouw blijft aan de eigen diepste overtuiging, mag weten dat deze trouw beloond zal worden. De beloning bestaat uit de trouw die God zelf aanbiedt aan wie in hem geloven.

Worsteling

Toch komt het je niet zomaar aanwaaien. Trouw blijven aan je diepste overtuiging, aan je geloof kan soms een stevige worsteling van je vragen. Maar juist in moeilijke omstandigheden kan blijken, wat je geloof waard is; juist bij sterke tegenwind, in de beproeving dus, kan blijken of je geloof een echte steun is of net niet.

En soms kun je dan juist kracht vinden in het voorbeeld van dat anderen je geven. Ik heb het dan over degenen die wij als heiligen beschouwen. Nu hebben we wel eens de neiging om heiligen te zien als de volmaakte gelovigen. Maar dat is niet juist. Van de heilige Augustinus is bekend, dat hij – voordat hij tot inkeer kwam – een losbandig leven heeft geleid. En over Franciscus gaat hetzelfde verhaal. Heiligen zijn dus niet volmaakt. Heiligen zijn wel bijzonder, ze zijn anders. Misschien wel omdat ze in hun leven de koers hebben verlegd. Ze hebben een andere weg gekozen. Ze zijn niet blijven steken in hun frivole levensstijl, maar zijn tot bezinning gekomen. Juist daarin zijn ze bijzonder. En daarom noemen we hen heilig. Want heilig wil zeggen, dat je iets of iemand zo dierbaar of kostbaar vindt, dat een ander daar niet aan moet komen. Daarom houd je het apart, scherm je het af van het gewone of het alledaagse. Heiligheid heeft dus te maken met wat niet gebruikelijk is, niet gangbaar. En daarom zit er in het heilige tegelijk iets van kwetsbaarheid en van grote geestelijke kracht. Want alles wat niet gangbaar is, loopt het gevaar om tegen de stroom te moeten inroeien. Dat vraagt dus om een enorme innerlijk kracht.

Een weg die ruimte maakt

En over die wonderlijke combinatie van kwetsbaarheid en innerlijke kracht horen we Jezus spreken in het evangelie. Wat een geluk, zegt Jezus, als je eenvoudig van geest, zachtmoedig en barmhartig bent, als je verdriet durft toe te laten, als je je inzet voor gerechtigheid en vrede en als je het onrecht verdraagt dat jou overkomt. Het zijn de zachte krachten, waarin God werkzaam is. In de kwetsbaarheid wordt zichtbaar, wie God wil zijn. Juist in weerloze en beschadigde mensen wil God laten zien, dat hij aanwezig is in de wereld waarin wij leven. En wie God wil leren kennen in zwakke en breekbare mensen, die mag zich inderdaad gelukkig prijzen. Want al is dit natuurlijk niet een weg die gangbaar is in onze wereld, het is wel een weg die toekomst schept, ruimte maakt, heilig is.

Vandaag, met Allerheiligen, willen wij voor ons eigen geloof bemoediging zoeken bij die talloze mensen – bekend of onbekend – die ons op deze weg zijn voorgegaan. Het is de ongebruikelijke weg, de andere weg. We willen denken aan de mensen die met onvermoeibare inzet zoeken naar vrede door zich in te zetten voor het Wereldvoedselprogramma (winnaar van de Nobelprijs voor de vrede). We staan stil bij de idealisten, die voor Artsen zonder Grenzen in moeilijke omstandigheden genezing brengen voor mensen zonder kansen. We denken aan mensen in onze eigen omgeving, die zonder ophef maar met enorme toewijding, (bv. via de Zonnebloem) ontelbare bezoekjes brengen aan mensen die alleen staan. Maar we staan ook stil bij Anne Frank, bij Sint Franciscus, bij de heilige Damiaan, bij Martin Luther King, en bij al die ontelbare naamloze mensen, die in hun eigen moeilijke omstandigheden blijven vasthouden aan hun geloof. Het geloof dat er een betere wereld mogelijk is. Het geloof dat het de moeite waard is om te blijven werken voor een samenleven tussen mensen zoals God dat voor ogen staat: dat de zachte krachten het zullen winnen van brutaliteit en onrecht.

De andere weg

Op die weg zijn talloze mensen ons voorgegaan. En zij geven ook ons de moed om door te gaan. Ook al heb je te maken met tegenstand en tegenwerking, en zelfs juist als je moeilijke tijden doormaakt, mag je je vasthouden aan de overtuiging, dat God zich laat kennen in wat kwetsbaar is en weerloos. De overtuiging dat er een stad van vrede zal zijn waar het onheil gekeerd en de boosheid overwonnen is. Dit is de andere weg. Het is een heilige weg.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten